mopen

Komt een dronken man bij de muziek handel en zegt: 'Ik wil die rode trompet en die witte mondharmonica' Zegt de verkoper: 'M'n brandblusser kan je meenemen maar me CV blijft staan'.

Op het ministerie van Buitenlandse Zaken vraagt een journalist aan minister Van Mierlo: 'Hoeveel ambtenaren werken hier nu eigenlijk?' zegt Van Mierlo: 'Iets meer dan de helft.'

Sam opent een winkel tegenover een grote supermarkt. Op een ochtend staat op de supermarkt geadverteerd: Roomboter 1,49. Meteen hangt Sam een bord op: Roomboter 1,29. De volgende dag hangt er bij de supermarkt een bord: Roomboter 99 cent. Sam hangt op: Roomboter 69 cent. Op de derde dag adverteert de supermarkt met: Roomboter 49 cent. En Sam hangt een bord op: Roomboter 29 cent. Dan stapt de directeur van de supermarkt op Sam af: 'Wat zijn we nou aan 't doen met die roomboter?' 'Wat jij aan het doen bent, weet ik niet,' zegt Sam, 'maar ik verkoop geen roomboter.'

Moos komt bij het woningbureau. Hij zegt: 'Ik zoek een woning.' Zegt de ambtenaar: 'Heeft u een urgentieverklaring?' 'Nee,' zegt Moos. Zegt de man: 'Komt u dan over twaalf jaar maar terug.' Vraagt Moos: ''s Morgens of 's middags?'

Een vliegtuig stort neer in de jungle. De enige overlevende is John Woodhouse. Samen met zijn accordeon begeeft hij zich op weg naar de bewoonde wereld. Plots komt er een leeuw aanstormen. John Woodhouse begint op zijn accordeon te spelen, en de leeuw doet hem niks. Even later komt een tweede leeuw aanstormen. John Woodhouse begint nog wat harder te spelen, en ook deze leeuw doet hem niks. Dan komt er een derde leeuw aanstormen. John Woodhouse gaat nog harder spelen, maar de leeuw blijft doorlopen en vreet hem helemaal op. Zitten er twee apen in de boom. Zegt de ene tegen die andere: 'Ik heb het je toch gezegd. Als die dove straks komt: die heeft hem!'

Er komt een konijn bij de bakker en vraagt: 'Bakker, heeft u ook worteltjestaart?' 'Nee, het spijt me,' zegt de bakker, 'worteltjestaart heb ik niet.' De volgende dag komt het konijn weer langs en vraagt: 'Bakker, heeft u worteltjestaart?' 'Nee,' zegt de bakker, 'worteltjestaart heb ik niet.' Elke dag komt het konijn om worteltjestaart zeuren, en de bakker wordt het zo zat dat hij een worteltjestaart bakt. Als de volgende dag het konijn weer langskomt, vraagt 'ie: 'Bakker, heeft u worteltjestaart?' 'Ja,' zegt de bakker. Zegt het konijn: 'Vies hé?'

's Ochtends gaat Ria Lubbers uit rijden met de spiksplinternieuwe auto van Ruud. Als Ruud 's avonds thuis komt, zegt Ria: 'Ik heb een goede en een slechte mededeling. Ik begin maar met de goede mededeling: de airbag in onze nieuwe auto doet 't prima...'

Saar en Moos wandelen door een weiland. Plotseling valt Saar in een sloot. 'Help, help,' roept Saar. Zegt Moos: 'We hadden afgesproken: we halen geen oude koeien uit de sloot.'

Een breedbek-kikker loopt door de wei en komt een paard tegen. Pratend met zijn brede bek, vraagt de kikker aan het paard: 'Wat eet jij zo de hele dag?' 'Gras,' zegt het paard. 'O,' zegt de breedbek-kikker, 'da's interessant'. En hij loopt weer door. Komt 'ie een konijn tegen en vraagt: 'Wat eet jij zo de hele dag?' 'Klavertjes,' zegt het konijn. 'O,' zegt de breedbek-kikker, 'da's interessant'. En hij loopt weer door. Komt 'ie bij een ooievaar. 'Wat eet jij zo de hele dag?' vraagt de breedbek-kikker. 'Breedbek-kikkers,' zegt de ooievaar. Zegt de breedbek-kikker met een toegeknepen mondje: 'Nóóit van gehoord!'

Een man moet in de druk café even naar de WC. Om te voorkomen dat zijn zojuist getapte pilsje wordt opgedronken, zet hij er een briefje bij. Op het briefje staat: 'Ik heb erin gespuugd.' Als de man terugkomt van de WC ziet hij dat zijn pilsje er nog staat. Het briefje met 'Ik heb erin gespuugd' staat er ook nog. Alleen heeft iemand erbij geschreven: 'Ik ook.'

Sam komt Moos tegen. Zegt Sam tegen Moos: 'Hé Moos, wat zie jij er slecht uit.' Zegt Moos: 'Ja vind je het gek. Werk in de haven, sjouwen, om vijf uur beginnen, om drie uur weer thuis...' Vraagt Sam: 'Goh Moos, hoe lang doe je dat al?' Zegt Moos: 'Ik moet maandag beginnen.'

Een agent loopt langs de gracht. Opeens ziet hij een man in de gracht spartelen die roept: 'Help, help, ik verdrink.' Zegt de agent: 'Da's maar goed ook: anders kreeg je een prent, want je mag hier niet zwemmen!'

Er komt een vertegenwoordiger in stofzuigers langs bij een boerderij. Hij belt aan, de boerin doet open. De vertegenwoordiger begint te praten: 'Dag mevrouw, ik ben vertegenwoordiger van hele goede stofzuigers: die zuigen echt alles, maken alles schoon. En om het te bewijzen, maak ik nu uw tapijt even vuil.' En de vertegenwoordiger gooit een hele doos met vuiligheid over de vloerbedekking en zegt: 'Met mijn stofzuiger maak ik dat weer helemaal brandschoon. Ik garandeer u: elke korrel die blijft liggen, eet ik persoonlijk van de vloer.' Zegt de boerin: 'Nou begin dan maar vast te eten, want we hebben geen elektriciteit.'

Er komt een man bij de hemelpoort. Petrus doet open en herkent meneer Jansen meteen. Petrus zegt: 'U hebt zich in uw leven nogal slecht gedragen. U komt hier niet naar binnen. Maar ik wil u een tweede kans geven. In die kamer daar staan 600 doosjes. U krijgt de opdracht om die doosjes op aarde uit te gaan delen. Ze zijn bestemd voor alle mannen die zich in hun huwelijk braaf hebben gedragen, nooit zijn vreemd gegaan, nooit teveel hebben gedronken...' ... Weet jij wat er in het doosje zat? ... Ik hoor het al. Jij hebt ook geen doosje gehad.

Een dronken man gaat naar de kermis. Bij de schiettent schiet hij in de roos en krijgt als prijs een waterschildpadje. De volgende dag gaat de dronken man weer naar de kermis. Bij de schiettent schiet hij weer in de roos en krijgt weer een waterschildpadje. De derde dag gaat 'ie weer naar de kermis, en schiet bij de schiettent in de roos. Krijgt hij als prijs een teddybeer. 'Hé,' zegt de dronken vent, 'zijn de gevulde koeken op?'

Zegt een man bij de slager: 'Slager, heeft u varkenspootjes?' Zegt de slager: 'Nee, zo loop ik altijd.'

Een jager leest een advertentie in de krant: unieke jachthond te koop. Hij besluit te gaan kijken. De verkoper neemt hem mee naar het hok. De jager kijkt en zegt: 'Maar dat is gewoon een Labrador.' 'Ja,' zegt de verkoper, 'maar deze hond is echt uniek. We zullen wel eens even een stukje gaan jagen.' De verkoper haalt zijn geweer, en de twee lopen met de hond naar het meer toe. De verkoper knalt een eend uit de lucht en de eend valt in het water. De hond loopt over het water naar de eend toe, neemt hem in zijn bek, en brengt 'm, over het water lopend mee terug naar de twee mannen. 'Dat is inderdaad bijzonder,' zegt de jager, 'wat moet die hond kosten?' 'Ja,' zegt de verkoper, 'hij is natuurlijk niet goedkoop: 5000 gulden.' 'Wat?' zegt de jager, '5000 gulden voor een hond die niet kan zwemmen?'

Een pastoor, een dominee en een rabbijn hebben een discussie: wat is een goede methode om uit te maken hoeveel van de kerkinkomsten aan God gewijd moeten worden? De pastoor zegt: 'Ik weet een goede manier: we trekken een cirkel op de grond en proberen al het muntgeld er van een afstandje in te gooien. Wat buiten de cirkel valt, is voor God.' 'Ik weet wat beters,' zegt de dominee: 'We trekken een streep op de grond bij de muur en daar gooien we het geld naar toe. Alles wat tussen de streep en de muur blijft liggen, is voor God.' 'Dan weet ik nog wat beters,' zegt de rabbijn: 'We gooien al het geld in de lucht. En wat God vangt, dat mag 'ie houden.'

Een parachutist springt uit een vliegtuig. Als het zover is, trekt hij aan zijn parachute. Noppes. Hij trekt aan zijn reserve-parachute. Noppes. Met een vaart dondersteent hij naar beneden. Dan komt er van onderaf iemand omhoog schieten met verbrande kleren, helemaal onder het roet... Roept de parachutist: 'Heb jij verstand van parachutes?' 'Nee', roept de ander, 'en ook niet van gaskachels.'

Jezus is teruggekeerd op aarde. Om te bewijzen dat hij Jezus is, wil de pers dat hij over het water loopt. Alle camera's staan opgesteld rond een zwembad. Jezus stapt het zwembad in en zinkt meteen als een baksteen naar de bodem. Als hij weer bovenkomt, vraagt de verslaggever: 'Wat is er mis gegaan?' 'Ja,' zegt Jezus, 'de eerste keer dat ik over het water liep, had ik nog niet van die gaten in m'n poten!'

Een soldaat komt op vrijdagmorgen bij de sergeant en vraagt verlof. 'Ik ga vader worden,' zegt de soldaat. Hij krijgt verlof. Na het weekend, op maandagmorgen vraagt de sergeant aan de soldaat: 'En, hoe heet de kleine?' Zegt de soldaat: 'Over negen maanden bent u de eerste die het weet.'

Er komt een man de bank binnen. Hij loopt naar de kassier en zegt: 'Geef mij eens duizend gulden, klootzak!' De kassier zegt: 'Wat!?' 'Je bent toch niet doof?' zegt de man, 'ik zeg: geef mij eens duizend gulden, klootzak.' De kassier loopt naar de bankdirecteur, en zegt: 'Wat ik nou beleef: komt er een vent aan het loket, en die zegt geef mij eens duizend gulden, klootzak.' 'Ik zal wel n's even komen kijken,' zegt de directeur, en hij loopt met de kassier mee terug naar de balie. 'Wat is er aan de hand?' vraagt de directeur aan de klant. De man zegt: 'Gewoon, ik zeg tegen die kassier: geef mij eens duizend gulden, klootzak.' 'Wie bent u?' vraagt de directeur. 'Ik ben meneer Cohen,' zegt de man. 'Heeft u een rekening hier?', vraagt de directeur. 'Ja,' zegt de man. De directeur zegt tegen de kassier: 'Kijk eens wat er op de rekening staat van die man.' De kassier kijkt en zegt: 'Acht miljoen gulden.' Zegt de directeur: 'Geef die man dan eens duizend gulden, klootzak.'

Maak jouw eigen website met JouwWeb